mijmeren over de haaldrift

[bas sprengers]

Waarneming na een drukke werkdag 's avonds bij het donker worden nog éven langs de bijen. Een willekeurige avond in een tot dusver bijzonder drachtseizoen: bijzonder, omdat de echt belangrijke drachtbronnen dit jaar ongeveer 3 tot 4 weken vervroegd zijn t.o.v. het langjarige gemiddelde. Eind april was het fruit al voorbij, en nu is het half mei en in Midden Nederland is de accacia al over de hoofdbloei heen! Belangrijke drachtbronnen sluiten dit jaar naadloos aaneen, overlappen elkaar zelfs. Vanaf maart is hier de dracht onafgebroken, om wat voorbeelden te noemen: wilg, fruit, paardebloem, esdoorn, cotoneaster, accacia, gleditsia (staat nu op uitkomen) en zelfs de eerste bramen bloeien al! Bijzonder ook, omdat een aantal van deze drachtbronnen dit jaar uitzonderlijk rijk bloeit.

Terug naar gisterenavond, dinsdag 17 mei, overdag was het een sombere, bewolkte dag, slechts één uur zon, Tmin: 10,7 graden, Tmax 16,8 graden, Tgem. 14,0 graden, relatieve luchtvochtigheid 81 %, wind 2 à 3 Bf uit het westen. Al met al nou niet een dag waarop je de oogst van het jaar verwacht.

Hoofdvolken zouden inmiddels bevruchte en misschien zelfs leggende jonge moeren moeten hebben, dus volop bijen en nog weinig of geen broed. Vegers zijn aan de groei en geschepte zwermen doen het sowieso onwaarschijnlijk goed.

En met al deze van-dag-tot-dag kennis loop je dan naar je stal, gewoon om even 'de bijen gedag te zeggen'. Eenmaal daar aangekomen, dan zie je ze, hoor je ze en ruik je ze flink aan het indampen! Dan vraag je je af: waar halen ze het vandaan met dit weer? Hoe krijgen ze het voor elkaar? Gaan we dit jaar alweer een record-oogst tegemoet? Moeten we de honingkamers dit jaar nog vóór de lindebloei voor de tweede keer slingeren, net als in 2009 en 2010, zodat ze op tijd vóór de echte zomerdracht helemaal leeg zijn?