Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Onderwerpen als varroa, Amerikaans vuilbroed en secundaire infecties bij bijen.
Gerard Boswinkel
Berichten: 364
Lid geworden op: do 25 jan 2001, 00:00
Imker sinds: 1983
Aantal volken: 8
Bijenras(sen): Buckfast
Locatie: Eibergen
Contacteer:

Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door Gerard Boswinkel » do 30 okt 2008, 00:13

Hoi Romée en alle andere geïnteresseerden,

In het onderwerp 'Slaat dit jaar CCD vroeger toe', heb ik aangegeven een inhoudelijke discussie over Romée's artikel uit Bijenhouden van oktober 2008 te willen voeren. Daar wil ik graag hier een begin mee maken.

Allereerst wil ik eerst graag mijn waardering geven over de grote hoeveelheden werk die er gemoeid zijn met het vergaren van informatie door uitgifte van enquetes en de verdere(statistische) uitwerking hiervan. Chapeau Romée! Deze waardering neemt echter niet weg dat er wel enige kritiek punten zijn en die wil ik graag in dit onderwerp neerleggen.

Ik zal beginnen met het belangrijkste kritiekpunt. Ik citeer even een stukje tekst uit het artikel:
'Opvallend is echter dat bij alle varroabestrijdingsmiddelen en combinaties de bijensterfte nog steeds hoog uitvalt. Als de varroamijt een belangrijke factor zou zijn bij de optredende bijensterfte dan zou naar verwachting, die sterfte aanzienlijk lager (0 - 10%) moeten uitvallen, tenzij deze middelen onvoldoende werkzaam zijn tegen de varroamijt.'
Tot zover kan ik mij nog vinden in de tekst, hoewel Romée die onvoldoende werkzaamheid wel nader zou hebben kunnen bespreken. Immers Friedrich Pohl wijdt er in het Deutsches Bienenjournal (DBJ) van augustus 2008 twee volle pagina's aan.

Mijn belangrijkste kritiekpunt begint bij de daarop volgende alinea. Ik citeer opnieuw:
Een meer voor de hand liggende verklaring zou kunnen zijn dat de varroabestrijding weinig invloed heeft op de sterfte, omdat een andere ziekteverwekker de hoofdoorzaak is.
Met dit stuk tekst en de verdere verklaring die je geeft, ben ik het niet eens. Een andere zeer voor de handliggende verklaring zou kunnen zijn dat er andere parameters een rol spelen die niet door jou zijn verzameld in jou enquete. Deze parameter zou bijvoorbeeld de natuurlijke mijtenval kunnen zijn.

In het recent verschenen boek van Friedrich Pohl 'Varroose erkennen und erfolgreich bekämpfen', lees ik bijvoorbeeld op pagina 30 onder de tabel:
(**) Meist wird eine baldige Behandlung bei mehr als 10 Milben pro Tag empfohlen und bei mehr als 30 Milben pro Tag die Schadeschelle (GB Schadedrempel) für überschritten gehalten.
Stel nu een aantal imkers uit jou enquete de varroabehandeling pas zijn begonnen bij een natuurlijke mijtenval van meer dan 30 mijten per dag en sterfte hebben gekregen terwijl andere imkers bij een lagere natuurlijke sterfte zijn begonnen met de behandeling en geen sterfte hebben. In jou analyse van de resultaten zullen die allemaal vallen in dezelfde groep imkers die behandelen. Inderdaad zul je dan vinden dat de sterfte voor die hele groep boven de door jou gestelde 0 - 10% zal vallen. Hierbij zijn ook de onderzoeksresultaten zoals beschreven in het artikel 'Ameisensäure und Thymol im Vergleich' (DBJ 9/2008 pag. 19) nog interessant.

Naar mijn bescheiden mening zou je conclusie uit de enquete moeten luiden: Uit de resultaten van de enquete is er geen verband gevonden tussen varroa en wintersterfte. En dan ook echt een punt omdat de data die jij verzameld hebt geen bewijs levert voor het feit dat Nosema ceranae de boosdoener is. In jou artikel lijkt het wel net of dat zo is. Zie ook de reactie van Jaques van Ingen in het onderwerp 'Slaat dit jaar CCD vroeger toe'.

Waar baseer ik mijn 'geloof' in de varroa als hoofdoorzaak voor wintersterfte dan op?

Gebruikersavatar
marc
Berichten: 1074
Lid geworden op: vr 10 sep 2004, 01:34
Locatie: Belgie
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door marc » do 30 okt 2008, 10:15

Dag Gerald,
Al goed dat je niet weer 'CCD' in je titel vernoemt want dat heeft niets te maken met onze Europese toestanden.

De varroa is onmiskenbaar één van onze moderne bijen-aantasters, zoals er ook virussen, bacteriën, schimmels, gisten, pesticides, te gierige imkers (voeding), slechte imkermethoden, slechte kasten, slechte drachtgebieden, stress, slecht weer enz... zijn. Piet gaf al een overzicht van alle mogelijkheden.
Op veel plaatsen zal het duidelijk aantoonbaar zijn dat jaar na jaar er een verband bestaat tussen het aantal mijten in een volk en de uiteindelijke sterfte van dat volk, zonder twijfel.

Als je de zaak echter wat breder bekijkt (waar ook Romée internationaal een betere kijk op heeft) dan MOET je de varroa-gedachte als de oorzaak voor de bijensterfte minimaliseren.
Enkele voorbeelden :
- Het varroa-loze Australië kent ook periodes van bijensterfte in bepaalde streken, het heeft er alles te maken met droogte-perioden en een soms te eenzijdig pollenaanbod (eucalyptus)
- De varroaloze Franse eilanden hebben regelmatig bijensterfte, het hangt daar veel af van het regenseizoen en de winden (storm)

De bewijzen moeten echter niet altijd ver weg gezocht worden :
- In het Gents bijeninstituut van prof. Jacobs was er in het voorjaar een sterfte van 30-40%, nochthans zijn zij het voorbeeld voor Belgie van een degelijke varroabestrijding (maar zij alleen al hadden er wel 60 volken op eenzelfde plaats staan)
- ik kan je min. 30 imkers doorgeven die geen behandelingen toepassen en de varroa niet in de gaten houden. Zij gaan (net zoals ik) met een natuurlijke varroaval van meer dan 30 mijten/dag de winter in. Zij hebben jaar na jaar gezonde volken
- imkers in voedselrijke (nazomer) drachtgebieden hebben weinig problemen met varroa en sterfte in het algemeen
- imkers met verschillende standen ver uiteen, die hun volken het jaar rond verhuizen van de ene stand naar de andere en op beide standen dezelfde varroabehandelingen toepassen, kennen op de ene stand een belangrijke bijensterfte op de andere geen...
- uit het eigen onderzoek zijn nog wel een 10-tal situaties op te sommen waaruit blijkt dat in die gevallen de varroa er voor niets tussenzit.

En dan hebben we nog de belangrijke weersfactor, ons fameus gematigd klimaat. Laten we er 2 uitschieters uithalen :
- voorjaar 2002 : veel bijensterfte overal in West-Europa. Wat blijkt : de herfst 2001 (en vooral september) vielen volledig in het water. Hierdoor raakten de bijen niet alleen ondervoed maar hadden ze ook veel minder broed dan andere jaren. Minder broed betekent ook minder varroa-ontwikkeling. Het is aanneembaar dat de bijenvolken die winter ingingen met een lagere varroadruk dan andere jaren.
Dus lagere varroadruk en toch hogere sterfte !
- najaar 2006/voorjaar 2007 : weinig bijensterfte. Wat blijkt : warme herfst, zachte winter en zacht voorjaar. Veel volken hadden toen in november nog belangrijke broednesten. Dat betekent zondermeer dat ook de varroa zich veel langer verder kon ontwikkelen en de varroadruk die winter onmiskenbaar hoger lag dan anders... en toch weinig bijensterfte in voorjaar 2007 !
- ...

Het is net hetzelfde als met de studies die zwart op wit bewijzen dat onze honingbijen verantwoordelijk zijn voor het verdwijnen van solitaire bijensoorten en andere 'pollenvreters'. Doe deze studies in een rijk gebied en je krijgt de tegengestelde uitslag.
In onze plaatselijke situatie waar we al jaren het pollenaanbod in het drachtgebied stelselmatig uitbreiden vooral in de nazomer en het najaar (de rest was al niet slecht), zien we jaar na jaar nieuwe soorten verschijnen die hier eerder niet te zien waren.

Met een goed aanbod aan de levensnoodzakelijke voedselbestanddelen die een organisme nodig heeft, om een goede ziekteweerstand op te bouwen, hoef je niets te vrezen.

Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door Romée van der Zee » do 30 okt 2008, 13:17

Beste Gerard
Bedankt voor je bijdrage. De waardering is wederzijds, ik weet dat het er ook jou niet om te doen is om gelijk te krijgen, maar om een oplossing voor het probleem van de bijensterfte te vinden.
In mijn artikel begin ik met op te merken dat er sinds 1983 sterfte is ten gevolge van de komst van de varroamijt. Dit is al 25 jaar het grote thema binnen de imkerij en van alle kanten belicht. Nu er sinds enige jaren een toegenomen sterkte is, doet zich de vraag voor of dit nog steeds uitsluitend door de varroamijt verklaard moet worden, of dat andere ziekteverwekkers wellicht een grote rol spelen.
Uit de antwoorden van imkers op de vragenlijst wat betreft hun bestrijding van de varroamijt trek ik vervolgens de conclusie dat die ruimte er is. Immers er is een grote groep imkers, die op dezelfde wijze en op hetzelfde tijdstip bestrijdt en die desalniettemin geconfronteerd wordt met aanzienlijke volkssterfte. Nu is jouw stelling dat veel imkers uit die groep een zo'n grote populatie mijten in hun volken had zitten, dat bestrijding te laat was. En uiteraard, dat dit verschijnsel zich niet voordeed bij de imkers zonder sterfte. En daar voeg je aan toe, dat ik dit had kunnen vaststellen als ik inzicht gehad had in de natuurlijke mijtenval, als maat voor de omvang van de mijtenpopulatie.

Eerst een opmerking over de Monitor Bijensterfte. Het doel daarvan is het vaststellen door middel van zo min mogelijk vragen (hoe meer vragen, hoe lager is de respons), wat de omvang van de sterfte is, waar deze zich voordoet en wat de aard van het probleem is.
Deze gegevens zijn een onmisbaar element in het benaderen van het bijensterfte probleem, naast allerlei ander onderzoek. Dit is ook uitgesproken door het netwerk van onderzoekers Coloss waarvan ik deel uitmaak, en persoonlijk heb ik binnen deze groep de taak de vragenlijst te internationaliseren en te standaardiseren, zodat internationale vergelijking mogelijk wordt.

De vraag naar het aantal mijten op de onderlegger past helaas niet in een dergelijke vragenlijst, alhoewel ik het belang van deze meting '“ met jou '“ geheel onderschrijf. Er zijn gewoon te weinig imkers, die het doen. Maar ik zal in de komende vragenlijst, voorjaar 2009, de vraag opnemen of men bereid is deze telling uit te voeren, en vervolgens deze imkers een vervolgvragenlijst toesturen.

Voor het vaststellen van de varroadruk is een monitor meer geschikt, zoals ik deze landelijk uitvoer bij een groot aantal imkers met in totaal 250 volken, welke op varroadruk, de aanwezigheid van bepaalde virussen, Nosema species en volksontwikkeling gevolgd worden. Opvallende uitkomst van de meibemonstering was, dat de mijtendruk in dit onderzoek dit voorjaar laag was, hetgeen ik in mijn artikel ook vermeld.

Hoe waarschijnlijk is jouw stelling nu, dat de mijtendruk in de volken in de groep van imkers met hoge sterfte hoger gelegen moet hebben, ondanks gelijke bestrijding.
1. In het september artikel in Bijen toon ik aan dat de bijensterfte in de Randstad significant hoger lag dan in de provincies Gelderland en Overijssel. Dit werd bevestigd in de vergelijking tussen de afdelingen Hollands Midden en Enschede waartussen het onderscheid eveneens significant was. Het gelijk van jouw stelling moet inhouden dat de mijtenconcentratie in de Randstad significant hoger lag. Of dat de imkers in de Randstad dezelfde bestrijding slechter uitvoeren.
2. Zoals in het oktober artikel te lezen valt, en ik herhaal het, ondervond een grote groep imkers, die op dezelfde manier en hetzelfde tijdstip bestreed desondanks bijensterfte.

Mijn conclusie is, en ik heb mij zeer genuanceerd uitgedrukt, dat er net als in 2006, geen aanleiding is om aan de varroa destructor grote betekenis toe te kennen als veroorzaker van de bijensterfte in de winter 2007/2008. Deze is n.l. intensief bestreden, zoals blijkt uit de ingezonden vragenlijsten.
Vervolgens noem ik de Nosema ceranae niet als de enige verklaring, maar als kandidaat voor een verklaring. En het lijkt me dat ik dat niet hoef te verzwijgen, als bekend is dat deze parasiet grote sterfte veroorzaakt, en de komst van Nosema ceranae samenvalt met de toegenomen bijensterfte. Zoals ik eerder schreef, doe ik intensief veldonderzoek naar de rol van Nosema ceranae in Nederlandse bijenvolken. Een relatie tussen het aantal Nosema ceranae positieve volken op een stand in mei 2008 en de wintersterfte 2007/2008 op deze standen heb ik vast kunnen stellen. Daarover is een artikel in voorbereiding. Daarnaast is de schadelijkheid van Nosema ceranae in allerlei onderzoek aangetoond. Zie de literatuurverwijzing bij het artikel.

Blijft het verschijnsel dat je terecht opvoert, dat deelnemers aan intensieve monitor projecten regelmatig geen bijensterfte ondervinden. In het kastkaartenproject (mijn woordenlijst in word geeft nu aan dat ik hier het woord kaastaartenproject moet gebruiken) dat ik sinds 2005 uitvoer, ligt de sterfte ook gemiddeld lager dan landelijk gemeten. De laatste 2 jaar zie ik echter wel sterfte bij deze imkers, soms op de ene stand wel en de andere niet. Ik weet de oorzaak niet, en volg om die reden in mijn landelijk meerjaren onderzoek bijensterfte een groep bijenhouders die de afgelopen jaren geen bijensterfte had. Mijn ervaring is dat veel imkers die voorheen dachten dat een goede varroabestrijding voldoende was, inmiddels wel sterfte ondervonden. Ik las laatst dat bijen-wur nu ook 'ccd schade'

A.A. Staals
Berichten: 2703
Lid geworden op: wo 15 mar 2006, 20:19
Imker sinds: 1957
Bijenras(sen): carnica
Locatie: Eindhoven
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door A.A. Staals » do 30 okt 2008, 13:18

marc schreef:




Minder broed betekent ook minder varroa-ontwikkeling. Het is aanneembaar dat de bijenvolken die winter ingingen met een lagere varroadruk dan andere jaren.
Dus lagere varroadruk en toch hogere sterfte !



Marc
Met een bepaald aantal varroa's in het volk wordt bij afnemende hoeveelheid broed de besmettingsgraad hoger. AANNEEMBAAR: Er worden dan zwakkere bijen geboren en krijgen daardoor een hogere sterfte.

ad staals

A.A. Staals
Berichten: 2703
Lid geworden op: wo 15 mar 2006, 20:19
Imker sinds: 1957
Bijenras(sen): carnica
Locatie: Eindhoven
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door A.A. Staals » do 30 okt 2008, 14:59

Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte oktober 2008

citaat: Tenslotte is nog getoetst of imkers die pas laat met bestrijding begonnen (na 1 juli) een hogere bijensterfte ondervonden dan de genen die eerder bestreden. Dit was niet het geval.
Naar mijn mening zou wat daarna volgt wel eens anders kunnen zijn als de gekozen datum 1 september zou zijn omdat dan meer beschadigde winterbijen ontstaan. Vaak wordt zolaat begonnen met bestrijden.
ad staals

Gebruikersavatar
marc
Berichten: 1074
Lid geworden op: vr 10 sep 2004, 01:34
Locatie: Belgie
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door marc » do 30 okt 2008, 15:00

Dag Ad,
Wat ik over de weersinvloed zei slaat op het beeld van de hedendaagse imker die volgens het boekje behandelt :
zij die dadelijk na de laatste honingafname behandelen verlagen de varroadruk, wanneer de maanden daarna kouder zijn met weinig broedvervolg van de bijen zal de varroa zich naar de winter toe ook maar matig verder ontwikkelen zodat de varroadruk in het najaar laag blijft. Wanneer echter het weer aanhoudend warm blijft met grote broednesten, zal ook de varroa kans zien om zich weer te ontwikkelen en een grotere varroadruk te geven op het najaarsvolk.
Imkers in een goed gebied die niet behandelen hebben constant een hogere varroadruk. Zij zien enkel meer sterfte of zwakkere voorjaarsvolken als er in een lange periode (bv. maand sept 2001 met zijn 28 regendagen) niet het broodnodige voedsel binnen kwam.

Romée van der Zee
Berichten: 1218
Lid geworden op: di 14 nov 2000, 00:00
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door Romée van der Zee » do 30 okt 2008, 15:04

A.A. Staals schreef:
Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte oktober 2008

citaat: Tenslotte is nog getoetst of imkers die pas laat met bestrijding begonnen (na 1 juli) een hogere bijensterfte ondervonden dan de genen die eerder bestreden. Dit was niet het geval.
Naar mijn mening zou wat daarna volgt wel eens anders kunnen zijn als de gekozen datum 1 september zou zijn omdat dan meer beschadigde winterbijen ontstaan.
ad staals
Daar heb ik naar gekeken Ad. maar er zijn vrijwel geen imkers, die pas na 1 september voor het eerst bestreden.
grtn
Romée

ICR,Beemonitoring: http://www.beefriends.org

A.A. Staals
Berichten: 2703
Lid geworden op: wo 15 mar 2006, 20:19
Imker sinds: 1957
Bijenras(sen): carnica
Locatie: Eindhoven
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door A.A. Staals » do 30 okt 2008, 15:23

Marc
Als je na de honing afname eind juli start met varroa bestrijding zul je ook met grote broednesten niet boven de schade drempel komen als je bestrijding effectief is. Het aantal mijten is niet afhankelijk van de grootte van het broednest maar van het aantal nog aanwezige varroa's' en de tijd. Kunnen na half augustus hooguit twee of drie keer instappen.

ad staals

Piet Jager
Berichten: 2128
Lid geworden op: za 18 nov 2000, 00:00
Locatie: Nederland
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door Piet Jager » do 30 okt 2008, 16:27

Voor het vaststellen van de varroadruk is een monitor meer geschikt, zoals ik deze landelijk uitvoer bij een groot aantal imkers met in totaal 250 volken
Landelijk telt Nederland ca 7000 bijenhouders met gemiddeld ca 5 volken = 35.000 volken

'Beefriends' doet onderzoek bij ca 50 bijenhouders met in totaal 250 volken.
Aan mijn opiniepeiling hebben 46 bijenhouders meegedaan met ca 230 volken.

Beide zijn veel te klein om een representavieve conclusie te kunnen trekken.
Nog niet 1% van het geheel!

- De opiniepeiling is een mening (geloof) over de oorzaak
- ICR/Beefriends doet op afstand semi-wetenschappelijk onderzoek op basis van kastkaart-gegevens.

Beide worden beoordeeld voor wat ze waard zijn.
Meer hebben we momenteel niet in huis!

!Piet

Gebruikersavatar
marc
Berichten: 1074
Lid geworden op: vr 10 sep 2004, 01:34
Locatie: Belgie
Contacteer:

Re: Varroabestrijding in relatie tot bijensterfte

Bericht door marc » do 30 okt 2008, 16:28

Ad, het woord 'schadedrempel' behoort tot de terminologie van diegenen die moeten behandelen omdat ze anders in hun gebied te veel verliezen lijden.
Bij imkers die meer geluk hebben met hun drachtgebied en zich geen zorgen hoeven maken om varroa's, heb ik tellingen uitgevoerd om na te gaan of ze wel varroadruk hadden. Er werden natuurlijke mijtenvallen van tussen de 30 en de 250 (enkel geval) per dag geconstateerd en die volken werden ook het jaar daarop nog (gezond) gevolgd ! Opvallend bij hen is dat ze jarenlang geen erge sterfte kennen uitgezonderd voorjaar 2002 voor sommigen.
Van varroaresistentie was geen sprake want volken die verhuisden naar plaatsen met veel sterfte gingen ook daar ten onder.

Varroabestrijding is volgens mij enkel noodzakelijk voor alle imkers die in een niet al te best nazomer-drachtgebied liggen of er met te veel volken moeten van leven of wanneer bijen ondervoed raken ( bv. langdurig slecht weer). Vooral de maand september is hierin een sleutelmaand.
Dit jaar met zijn kwakkelzomer maar met een redelijke septembermaand, met goede pollendracht (althans hier), wil ik alvast een gewaagde prognose stellen dat de landelijke sterfte komend voorjaar lager zal liggen dan dit voorjaar.

Wat ik de laatste jaren probeer te onderzoeken met enkele volken is het netto-rendement van varroa-behandelingen. De meesten behandelen na de honingafname met mierenzuur of producten op thymolbasis.
Beiden halen het aantal mijten wel degelijk omlaag, maar even opvallend is dat de eileg van de moer gedurende bijna 2 weken zo goed als stilvalt (om nog te zwijgen van gedood broed door de behandeling). Je wint er mijten mee maar verliest tegelijk een gans leger winterbijen, een ganse bijengeneratie die er tussen uit valt. We leggen doekjes of strookjes en tellen mijten op de bodem en klaar is kees, maar we staan er niet bij stil wat we inwendig in het volk hebben aangericht.

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 32 gasten