volgens mij is dit niet helemaal juist. wanneer een volk moerloos is, of wanneer een koningin op arrest zit en er dus weinig broed te verzorgen valt, zullen de werksters zich gaan concentreren op het halen van nectar. hierdoor krijg je een hogere honingopbrengst zonder dat je daarom een 'vleeskast' hebt. (ik weet niet of men in nederland het begrip vleeskast gebruikt. Hier in vlaanderen bedoelen we hiermee; een volk dat alle plaats krijgt om broed aan te zetten, waardoor je een enorm groot volk krijgt in aantal bijen, maar navenant weinig honingopbrengst genereert).bee-tree schreef: Vraag 1. Volkssterkte en honingopbrengst zijn toch congruent ?
Het is gemakkelijker en sneller meetresultaten te boeken door te wegen
en dus, zonder de volken te veel te storen. Daarom wogen ze de honing m.i.
.
De methode van Renson (broedbeperking) is hier op gebaseerd.
volkssterkte en honingopbrengst zijn dus niet altijd evenredig.
aanvulling: daarom dat bij de selectie van koninginnen de omstandigheden van de volken (die dus het resultaat van de selectie zijn) die je wil vergelijken exact het zelfde moeten zijn. zelfde stand, zelfde bedrijfsmethode, ...