tja, lijkt een beetje late reactie: de meeste wilgen zijn immers al lang uitgebloeid. Maar ik wil het hier hebben over het effect van die bloei, of anders gezegd, over het vermenigvuldigen, waar ik een heel opmerkelijke waarneming over deed.
Nagenoeg alle wilgen zijn zeer eenvoudig te stekken, maar laat nou net die ene soort die het juist op de droge zandgrond hier op de utrechtse heuvelrug toch nog erg goed doet, die bovendien heel vroeg bloeit en ook heel rijk bloeit, zich nauwelijks laten stekken. Ik heb het over Salix caprea, de boswilg. Een mooie boom, die onder gunstige omstandigheden flink groot kan worden. Onze belgische imkervrienden in de kempen hebben al een heel dispuut gewijd aan het vermenigvuldigen door stekken van deze soort. Ze hebben er zelfs een boekje over gemaakt. Ook ik heb allerlei stekmethodes uitgeprobeerd, maar altijd met een pover resultaat.
Vorige week heb ik echter zaad geoogst; de lucht was vol met wilgenpluis van deze soort en de wind bracht het in wolken in mijn tuin. Snel een zaaibakje in orde gemaakt, pluis erop, bevochtigd. Toen ik 4 uur later het zaaibakje wilde verplaatsen, zag ik dat al het zaad al was ontkiemd! in slechts vier uur tijd! een paar honderd kiemplantjes! Ik ken geen zaad dat zo snel ontkiemt. Sterrekers is er niks bij! Ik heb geen idee wat de sexratio van wilgenpluis is, maar kom, ik doe een gok; de helft zijn mannetjes. Dat wordt flink uitplanten volgend seizoen. (ik vermoed dat je in jaar 2 of 3 kan zien of het mannetjes of vrouwtjes zijn).