de Barnsteenbij
- Details
- Geschreven door Oude Essink
Elektrapis ofwel de Barnsteenbij als oeroude getuige van onze honingbij.
Wij kunnen ons er nauwelijks een idee van vormen hoe oud bijen zijn. Een gezond leven van onze verre voorvaderen is nauwelijks denkbaar zonder een bijenproduct als honing; in hun voortbestaan waren zij sterk van de honingbij afhankelijk. De afbeeldingen waarop honingjagers, hangend aan lange touwladders, uit de holtes in de rotswanden, de nesten van bijen beroven, dateren uit het einde van de ijstijd; dus even na 10.000 v.c.. De oudste getuigenissen van het bestaan van bijen echter komen al van ver vóór het bestaan van onze honingjagers.
In dit brok barnsteen is de oermoeder van onze honingbij gevangen. Zij is 40 miljoen jaar ouden kreeg de naam: "ELEkTRAPIS"; Grieks voor "Barnsteenbij". (uit F. Ruttner, Naturgeschichte der Honigbienen).
Ruim 40 miljoen jaren geleden heerste er langs de kust van de
Oostzee in Noord Duitsland een tropisch klimaat; het gebied was begroeid met sparren en dennen; Blikseminslagen beschadigden de stammen van deze bomen en er vloeide ruim hars naar beneden en sleurde talloze insecten uit die tijd met zich mee.
In de loop van vele, vele eeuwen versteende de hars tot Barnsteen.
Oude volken, waaronder de Grieken en Romeinen waren verzot op die barnsteenbrokken, waar insecten in opgesloten waren. Zij importeerden ze uit het hoge Noorden, slepen de stenen en gebruikten ze als dure sieraden. Onze Barnsteenbijen zijn ruim aanwezig en in vele musea te vinden.
Het bijtje op onze afbeelding heeft vooral trekken van de tropische Angelloze bij, maar ook van onze Honingbij en van onze Hommel. Wij hebben met een verre voorouder te doen, waaruit zich in de loop der evolutie de Angellozen, de Honingbijen en Hommels ontwikkeld hebben. De Hommels zijn de laatste in deze ontwikkeling, toen het klimaat in onze streken al aanzienlijk kouder geworden was. Dit kan verklaren, waarom de hommel dikker en meer behaard is en als solitair de winter in gaat. De geschiedenis van onze honingbij gaat echter nog veel verder terug.
150 miljoen jaren geleden bestonden er op onze planeet al planten die Nectar en Pollen produceerden. Fossielen van overal op aarde getuigen daarvan. Voor haar bestuiving zullen deze planten toen al afhankelijk geweest zijn van de verre voorouders van Elektrapis, die zich in de loop van miljoenen jaren ontwikkelden tot sociale insecten. Want een sociaal insect was Elektrapis: op haar achterpoten ( boven en onder in de afbeelding) zien wij de pollenkorfjes, die wij van onze hommels en honingbijen kennen. Deze wijzen op de aanwezigheid van een nest met larven, die met pollen worden grootgebracht.
Zo zijn wij als imkers, meer dan welke beroepsgroep ook, intens verbonden met onze aarde en haar lange geschiedenis.
Het Bijenhuis
- Details
- Geschreven door Oude Essink
Het bijenhuis als bijenstand voor achterbehandelingskasten.
Op rondreis door de Elzas kwam ik dit “Bienenhaus” tegen, een prachtig voorbeeld van een bijenhuis, zoals je ze meer tegenkomt in het Duitstalig imkerland, waar imkers hun bijen onderbrengen in z.g. achterbehandelingskasten. Deze kasten, sinds midden 19e eeuw in gebruik, hebben een inrichting, waarmee je de losse raampjes achterwaarts uit de kast laat komen om de bijen te behandelen of honing af te nemen. Omdat je deze kasten niet van bovenaf opent, kun je ze stapelen en onderbrengen in een bijenhuis.
In het bijenhuis vindt de volledige verzorging van de bijen plaats, binnen, beschermd tegen regen, sneeuw en wind. Het huis is van hout, dat warmer is dan steen en daarom een betere bescherming biedt en een goede voorjaarsontwikkeling bevordert. Tegen de voorwand staan de kasten in rijen naast en boven elkaar bij voorkeur naar het ZO gericht. De vliegopeningen zijn doorgaans van kleurige plaatjes voorzien om vervliegen te voorkomen; Het dak en de zijwanden steken uit en ook boven de vliegplanken zijn beschuttende planken aangebracht, om uitvliegende bijen tegen regen en wind te beschermen.
De kasten staan doorgaans in 2 rijen boven elkaar; op onze afbeelding zijn er 3 rijen en is er ruimte voor 75 kasten.
Achter de kasten is er een ruime werk- en opslagruimte. Een grote vaste tafel voor het fabriceren van materialen; een kast om raampjes te bergen; een ruimte om honing te slingeren en een ruimte voor opslag van suiker. Onder de kasten houdt een weeginrichting dagelijks de “inkomsten en uitgaven” van de volken bij.
De onderste rij kasten wordt door de imker zittend behandeld; de 2e en 3e rij doet hij staand, waarbij hij een stabiele roltafel tot zijn beschikking heeft. Ramen zijn boven- of achter in de ruimte; zij zijn van een speciale “bijenuitlaat” voorzien, waardoor bijen kunnen ontsnappen, maar niet naar binnen komen.
Sinds de 60er jaren van de vorige eeuw raken deze woningen in onbruik, vooral vanwege de hoge prijzen van het hout.
Toen ik bij de stal rondscharrelde kwam een Elzasser landbouwer op mij af, die vertelde, dat het huis van zijn hoogbejaarde oom was; hij kon het niet meer; zijn zoons hadden er geen zin in en zo vloog er nog één volk rond.
Gelukkig neemt ook in de Elzas de belangstelling voor het imkeren weer toe.
Floriade 2002 - 2012
- Details
- Geschreven door Oude Essink
Bijenpaviljoens op de Floriades 2002 - 2012
In het centrum van het bijenpaviljoen “Bee at Home” op de Floriade 2002 in Haarlemmermeer stond deze prachtige vitrinekast als tehuis voor een goed ontwikkeld bijenvolk. Middels een uitvliegkoker vlogen de dames uit om te profiteren van de geweldige dracht, die door de plantenrijkdom op de Floriade werd aangeboden. De zeskantige kast werd voorzien van 10 honingkamerramen met kunstraat. Eind januari werd de vitrine met bijen gevuld; de raten werden door de bijen op de Floriade uitgebouwd; de foto nam ik op 13 juni.
Het initiatief voor het bijenpaviljoen 2002 werd genomen door Dick Vunderink, de toenmalige voorzitter van de VBBN. Nog tijdens de Floriade kwam hij te overlijden en de vitrine werd naar hem vernoemd. Op de Floriade had de vitrine veel bekijks; gemiddeld 1800 bezoekers per dag bezochten het paviljoen; ruim 150 vrijwilligers gaven toelichtingen en beantwoordden de vele vragen. Het centrale thema was “educatie”; hoe functioneert een bijenvolk en wat kan de imker er mee.
Dat is nu 10 jaar geleden en in Venlo is men druk doende de volgende Floriade, de wereldtuinbouwtentoonstelling 2012, gestalte te geven. Ook nu weer een bijenpaviljoen. Al in 2008 begon de “Stichting Bijenpaviljoen Venlo 2012” met de voorbereidingen om het thema Bijen onder de aandacht te brengen van het miljoenenpubliek dat zeker van 5 april tot 7 oktober op de Floriade zal afkomen.
Centraal zal dit keer staan: het belang van onze bij voor de economie - de natuur - de mens, met bestuiving als invalshoek. Er komt een paviljoen en een grote bijentuin; bijzondere aandacht zal er zijn voor het imkeren in een stedelijke omgeving. Moderner kunnen ze niet zijn.
Nadere gegevens op www.bijenpaviljoen.nl
amphora-honingroof
- Details
- Geschreven door Oude Essink
Honingroof op Kreta gruwelijk afgestraft.
(van deze prachtige vaas had ik een oude zwart/wit afbeelding; de conservator van het British museumwas zo aardig mij een recente foto toe te sturen! hennie oes)
Deoude Griekse amfoor op de afbeelding stamt uit 540 v.c. en is niet zonder schade door de eeuwen heen gekomen maar de schildering is nog scherp: vier manlijke figuren, met baard, naakt, worden aangevallen en gestoken door ziedende bijen.
De figuur links wordt gestoken op zijn rug, knie en voet; vol pijn tilt hij zijn linker been op; met een tak weert hij zijn aanvallers af.
De man ernaast zit ineengedoken; bijen steken hem op zijn hoofd, arm, knie, voet en penis; hij slaat zijn linkerhand voor zijn gezicht.
Daarnaast probeert een man met een tak de bijen te verjagen, die hem steken in borst, arm en rug.
Rechts duikt de figuur ineen; in zijn hand nog de stenen schijf, waarop de korf stond, die hij wilde beroven; hij kreeg steken op zijn hoofd, borst, linkerknie en penis.Overal vliegen nog de razende bijen rond.
Het verhaal dat wordt afgebeeld is een van de vele mythen, waarin bijen een belangrijke rol spelen. De pas geboren Zeus dreigt door zijn wrede vader Kronos verzwolgen te worden; zijn moeder verbergt haar zuigeling in een grotop het eiland Kreta. Daar wordt hij door goddelijke honingbijen grootgebracht en gevoed met honing. Niemand mocht de grot betreden. Vier mannen echter, met naam bekend, gingen erop uit om honing te stelen uit de grot. In veilige kleding betraden zij de grot en tilden de korven op, die rijkelijk gevuld waren. Op dat moment opent de kleine Zeus zijn ogen en wat toen gebeurde was verschrikkelijk:De kleding viel af van hun lijf en woedende bijen vielen hen aan en staken op de meest gevoelige plaatsen. Voordat de mannen echter met deze afstraffing aan een pijnlijklevenseinde zouden komen, veranderde Zeus hen in vogels en konden zij ontsnappen. In de heilige grot immers mochten geen doden vallen.
Het zou toch bijzonder zijn als ook heden ten dage vandalen die zich aan onze bijen vergrijpen op gelijksoortige wijze hun loon kregen.
Bijen mede bedreigd door invasieve exoten.
- Details
- Geschreven door Nieuwslog, de nieuwe krant
Het VN-milieuprogramma (UNEP) heeft een rapport uitgebracht waaruit blijkt dat bijenvolken over de hele wereld worden bedreigd, Dit kan ernstige gevolgen kan hebben voor de biodiversiteit en voedselzekerheid. Invasieve exoten vormen een van de bedreigingen.
Het rapport belicht de meest recente wetenschappelijke inzichten over de rol en status van populaties van wilde en beheerde bijenvolken en analyseert mogelijke antwoorden op de vraag waarom het aantal bijen (wereldwijd de belangrijkste bestuivers) daalt en welke maatregelen mogelijk zijn om deze daling te stoppen. Het rapport merkt op dat daling van de bijenstand onder meer veroorzaakt wordt door aantasting van de leefgebieden, ziekten, invasieve soorten, toegenomen vervuiling en het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen.
Als bedreigende invasieve exoten worden genoemd de varroamijt (Varroa destructor), de mijt Tropilaelaps clareae, de kleine bijenkastkever (Aethina tumida) en de Aziatische hoornaar (Vespa velutina).
Pagina 8 van 10